
In mijn vorige wisselkaart over het sportieve gedicht had ik het al even over Nic van Bruggen p.p. (1938-1991) maar ik wou deze grote Vlaamse dichter graag opgraven in een aparte wisselkaart, want ik vind dat hij niet de faam heeft die hij verdient. Hij was een beetje te jong om op de beroemde trein van de Vijftigers te springen en in het begin van zijn poëtisch oeuvre heeft hij zich trouwens afgezet tegen de experimentelen door hun ronkende metaforen de rug toe te keren. Later is hij van dat standpunt afgestapt en heeft hij zich ook rijkelijk bediend van hun verworvenheden.
Nic van Bruggen schreef met een ongelooflijk gemak. De juiste, gehoorzame woorden vloeiden vlot uit zijn pen waardoor hij actief kon zijn als schrijver van reclameslogans en auteur van gelegenheidsgedichten over het voetbal. Maar daar ligt geenszins de essentie van zijn werk.
Gebogen over een graanjenever, vertrouwde hij me ooit toe: “Ik wou dat ik in een andere eeuw geboren was en hofdichter kon zijn.” Deze uitspraak is héél tekenend. Er kleeft een zekere nostalgie aan, een afwijzing van het ordinaire hedendaagse. En omdat hofdichter niet kon, was hij dan maar lid van de Pink Poets, zie de p.p. achter zijn naam. De Pink Poets (H.C. Pernath en Henri-Floris Jespers waren de andere drijvende krachten) was een stijlvol , elitair genootschap dat de traditie van de literaire salons in ere wou herstellen en dat kon rekenen op een lieve privé-uitgever Robert Lowet de Wotrange die hun bundels liet verschijnen in prachtige, grote, linnengebonden edities.
Uitgever Walter Soethoudt steunde Nic van Bruggens werk door o.a. ‘Ademloos Seizoen’ en de compilatie ‘100 gedichten’ uit te geven.
Van Bruggen is de dichter die de gestes van de weemoed in kaart brengt, een esthetische dichter die niet op zoek gaat naar grote waarheden of engagement, want in zijn credo is poëzie een mooi product van de nutteloosheid.
En toch vertelt hij iets, als hij zich laat drijven op de golven van zijn taallyriek. Zijn maniërisme staat bij hem niet gelijk aan gekunsteldheid. Daar is hij te spontaan voor. Hij is een romanticus die de sentimentaliteit onder controle heeft. Zijn emoties zitten in een esthetisch, maar zeer raak taalkader. Het is alsof van Bruggen de wereld en de taal in verval ziet en daartegen ageert door verfijnde schoonheid op te zoeken en steeds opnieuw te creëren.
Hieronder een typisch gedicht:
DROEF MAAR EERLIJK LIEFDESGEDICHT
Ik zal de dag beginnen als een vlek
in de lakens. Ik zal uit je handen
de leegte der tederheid eten. In je mond
de witte hitte der waarheid vinden.
Mijn valk zal de stilte van een wingewest
ontdekken. Wij zullen vreedzaam ontwaken
op de koele kussens der droefheid. Ik kus je.
Ik zal een boek voor je kopen, en laarsjes,
mijn ademhaling herzien, een triest feest
bedenken, en wijn en rozen voor ons kiezen.
Het zal een dag worden, geurend als een
boomgaard, als een koortsig orakel
van liefde, stervend aan je lippen,
trouw aan de eeuwige herfst. Ik omhels je.
De avond zal langzaam groeien, verlaten
als een windstreek, eenzaam als een rivier,
maar warm als de nachtwind die ons herkent
als de regen of de schaduw van een vriend.
En al wat schuldig is zal ik voor je
verzamelen: mijn mooiste zonde, het geluid
van een traan, de luie geur van je zweet en
de dubbele bodem van de dood. Ik leef van je.
Al wat schuldig is verzamelen, zoeken onder de dubbele bodem van de dood en vooral een triest feest bedenken … Nic van Bruggen p.p. was ook ongetwijfeld een decadent dichter.
Het wordt tijd dat een goede uitgever een juiste selectie maakt uit zijn werk en dat aanbiedt aan de goede, hedendaagse lezer.
(roel richelieu van londersele)
Nic van Bruggen had bij momenten de sentimenten en dies meer onder controle. Zo heb ik hem gekend. Maar vaker, en dat bracht de dood wel nader, verloor hij die controle en daarmee zichzelf.
Ik vergeet echter niets van hem, hier en daar inderdaad toch wel een gedicht.
Liewe magtig, Roel! Hierdie is een van die allermooiste liefdesvese wat ek in ‘n lang tyd gelees het … Ek is gek na die visualiteit daarvan; lieflike beelde. En daqardie slotreëls met “de luie geur van je zweet en / de dubbele bodem van de dood.”
Sjoe. Dankie hiervoor.
Louis