Alphonse Osbert – Vision (1892)
Dit schilderij was een aantal zomers geleden een openbaring. Ja, ik was al onder de indruk van enkele andere schilderijen in dezelfde zaal van Musée d’Orsay in Parijs: de geheimtaal in beelden van de symbolisten intrigeerde me. Maar ‘Vision’ van Alphonse Osbert (1857-1939) vond ik toch wel van een andere categorie. Het meisje krijgt, aan haar houding en het gedrag van het lam te zien, een visioen. Maar veel méér dan dat is ze zélf het visioen, wil ze ons, de toeschouwer, iets laten weten.
Volgens de informatie van het museum zelf betreft het hier een uitbeelding van heilige Genoveva (Genevieve). Zij heeft een aantal wonderen op haar naam staan. Zo overtuigde ze bijvoorbeeld in het jaar 451 de Parijzenaren om niet te vluchten, maar zich te verdedigen tegen Atilla de Hun. Toen deze hoorde dat Parijs werd verdedigd, trok hij om de stad heen om rechtstreeks Orléans aan te vallen. Ze verlichtte de hongersnood in Parijs en ook voorzag ze in de bouw van (een deel van) enkele Parijse kerken. Niet oninteressant, maar het is niet wat dit schilderij zo mooi maakt.
Dat zijn enerzijds de blauwtinten, die het geheel droomachtig, om niet te zeggen: surrealistisch maken. Het meisje en haar lam worden door een onaards licht beschenen en geven daarmee ook een onaards licht af. De houding van het meisje, en haar gezichtsuitdrukking, wijzen op een staat van extase. Wellicht zijn die geïnspireerd op publicaties naar aanleiding van neurologisch onderzoek in het Salpetrière ziekenhuis in Parijs, door o.a. Jean-Martin Charcot. In de periode dat Osbert zijn schilderij maakte, werden fotoboeken van patiënten gepubliceerd, die in een staat van vervoering (‘hysterie’) verkeerden.
Of dat zo is, weet ik niet. De gezichtsuitdrukking van het meisje draagt zeker bij aan de kracht van het werk. Ze verkeert in vervoering, ja, maar ze geeft ook een boodschap af aan de toeschouwer. Ze heeft een visioen, tegelijk is ze het visioen. Daarmee fungeert ze als een soort medium: het ‘hogere’ communiceert via haar. Wat je daar ook onder verstaat, duidelijk is dat het schilderij er zelf deel van uitmaakt: het is niet van deze wereld. Overigens is het lam daar een niet mis te verstaan symbool van, het staat immers in de iconografie voor Christus zelf. Maar méér dan een statement over Christus of het christendom is dit schilderij een manifestatie van wat kunst is. Het schilderij biedt letterlijk zicht op een andere werkelijkheid.
Mooi (1): Jean Fouquet – Madonna omringd door serafijnen en cherubijnen (circa 1450)
Mooi (2): Elliott Smith – From a basement on the hill (2004)
Mooi (3): Herman Gorter – Liedjes aan de Geest der Muziek der Nieuwe Menschheid (1930)
Mooi (4): Gustave Courbet – L’Origine du Monde (1866)
Mooi (5): Pablo Picasso – Fille devant un miroir (1932)
Mooi (6): Anne Frank – Het Achterhuis (1947)
Mooi (7): Aaron Kunin – Love Three (2019)
Mooi (8): Barbara Corday en Barbara Avedon – Cagney & Lacey (1981-1988)
Mooi (9): Deborah de Robertis – Miroir de l’origine (2014)
Mooi (10): Chr. J. van Geel – Het Zinrijk (1971)
Mooi (11): Dimitri Shostakovich – 24 Preludes en fuga’s, Op. 87 (1952)
Mooi (12): The Beatles – The White Album (1968)
Mooi (13): Hadewijch – Visioenen (begin 13de eeuw)
Mooi (14): René Girard – La Violence et Le Sacré (1972)
Mooi (15): Claude Monet – Les Nymphéas (1914-1926)
Mooi (16): Alfred Schaffer – Wie was ik (strafregels) (2020)
Mooi (17): Paul van Ostaijen – De Feesten van Angst en Pijn (1918-1921)
Mooi (18): R.E.M. – Up (1998)
Mooi (19): Maya Angelou – I Know Why The Caged Bird Sings (1969)