
Jean Fouquet – Madonna omringd door serafijnen en cherubijnen (circa 1450)
Een paar jaar geleden zag ik de ‘Madonna omringd door serafijnen en cherubijnen’ (circa 1450) voor het eerst. Dat was tijdens een bezoek aan het Paleis voor Schone Kunsten in Antwerpen. Als je daar bij binnenkomst de trap opliep en de deur naar de zalen doorging, zag je het schilderij direct hangen als je naar links keek. Het hing helemaal aan het eind van de gang. Het was verpletterend.
Het schilderij is toegeschreven aan de Vlaamse schilder Jean Fouquet. Het uiterlijk van Maria is waarschijnlijk geïnspireerd op Agnès Sorel, een maitresse van de Franse koning Karel VII. Deze volgens de overlevering uitzonderlijk mooie vrouw stierf circa 1450 op 27-jarige leeftijd. Ze was op dat moment zwanger van het vierde kind dat de koning bij haar had verwekt. Recent onderzoek heeft uitgewezen dat Sorel waarschijnlijk is gestorven aan de gevolgen van een kwikvergiftiging. Dit zou erop kunnen wijzen dat ze is vermoord. Haar invloed op de koning was naar verluid groot, dus helemaal ondenkbaar zou dat niet zijn.
Omstreeks dezelfde tijd, waarschijnlijk in 1452, schilderde Fouquet dit schilderij. Wellicht was Sorel al dood toen Fouquet haar op deze manier als Maria afbeeldde. ‘Madonna omringd door serafijnen en cherubijnen’ was oorspronkelijk onderdeel van een diptiek, het zogeheten diptiek van Melun. Op het andere schilderij, dat in Berlijn hangt, is de schatkistbewaarder van de koning, Etienne Chevalier, afgebeeld als de Heilige Stefanus. De diptiek werd in opdracht van koning Karel VII gemaakt om diens graf mee te sieren.
Het is al oprachtig vanwege het gebruik van rood en blauw voor de serafijnen en de cherubijnen, de details in de kroon en de troon (waarmee Fouquet aansloot bij de Vlaamse Primitieven), de nogal norse Jezus… Maar de vrouwfiguur maakt dit schilderij wat mij betreft monumentaal.
Maria wordt normaal gesproken altijd afgebeeld als moeder, als heilige, als koningin. Fouquet deed dat ook, maar hij beeldde haar ook, en vooral, af als vrouw. Hij heeft ervoor gezorgd dat zijn Madonna is uitgerust met de verschillende Middeleeuwse schoonheidsidealen, zoals een hoog voorhoofd, dunne lippen en ronde borsten.
Het ontbloten van de borst hoort bij de rol die Maria in het katholieke geloof heeft. Ze stemt er het kind Jezus mee tevreden, deze zal daardoor eerder geneigd zijn de ziel van de overleden opdrachtgever genadig te zijn. Daarnaast is het volgens mij, in dit schilderij althans, een erotisch gebaar. Ik vind het in dat opzicht een bijna provocatief schilderij, zeker voor die tijd. De witte huid, de zelfverzekerde gezichtsuitdrukking, de kracht van de kleuren, haar houding en vooral de manier waarop ze haar linkerborst ontbloot – het verschilt radicaal van de gangbare afbeeldingen van Maria uit die tijd.
Fouquet beeldde Maria uit als Agnès Sorel, en Agnès Sorel als Maria – en maakte beiden daarmee tegelijk aards en heilig, tegelijk moederlijk en erotisch. En het schilderij is tegelijk een rouwklacht en een smeekbede. In de werkelijkheid van het schilderij, kortom, valt de sterfelijke mens samen met het eeuwige, het goddelijke. Heeft de schilder de dood overwonnen.
(Edwin Fagel)