Insect
In het midden van de stilte,
in de blauwte van het middaguur
een insect opgemeten, ook mijzelf
met open mond, het geluk dat mij lonkt.
In het geruis van zijn vleugels
het verlangen gehoord, in zijn gezwindheid
een toekomst niet te vatten na het doven
van het laatste licht.
In het onbekende van zijn reis, in het onzekere
van zijn geraas, het afsluiten van de dag gevoeld,
de geur van het avonduur dat zich ontvouwt
boven de valleien van de nacht.
Zo teken ik hem uit, zijn verzonken ogen
vol zwijgen, het ranke lijf dat naar een ander
wijst, onverwacht bestemming vindt
in de windstille hoeken van mijn tuin.
*
Frans landschap
Ergens staat een ruige kastanjeboom
ongelooflijk stil. De zon weet geen maat
te houden, besluipt het erf, de bosrand,
de muur die langs het kerhof gaat.
Er zijn ook huizen, gebouwd tegen rotsen,
steile treden bouwen aan een uitzicht.
Alles aan onze voeten, ook de lome duiven
op de daken, de vlag die klappert bij het gaan,
alsof hij tegen ons wil roepen: Blijf nog even,
deze struik staat hoog te bloeien, ginds
een meisje aan een raam, een ver parfum,
vredig gerinkel van de geiten, af en aan.
*
Zware koe
Onzeker schuddend loop je, dan weer stil,
en staart me aan. Ik volg de lijnen
op je vacht. Het moet kunnen de omtrek
van een land te zien, een onbekend
gezicht achter een witte wolk vandaan,
een vogel in een wijdgespreide vlucht.
Je hele lijf kijkt mee de ruimte in, vol
met smakelijk zomergras. Loop ik langs je,
dan het zoemen van de vliegen,
het ranselen van je staart. Je hete adem
boven het strakke water van de sloot,
als jij jezelf ziet, mij wat later, achteraan.
© Frans Budé / 2013
‘Transit’, de bundel van Frans Budé (Maastricht, 1945) die eind 2012 bij Uitgeverij Meulenhoff te Amsterdam verscheen, is diens twaalfde sinds zijn debuut in 1984. Voor de Nederlandse Bibliotheekdienst omschreef T. van Deel deze bundel als volgt: ‘Het gaat Budé heel subtiel om de wereld, de mens, het bestaande en hoe dat onvermijdelijk afloopt. Een dichter die het ambacht hoogacht en de emoties, in bedwang, niet schuwt.’ Van Frans Budé verschenen naast poëzie en een novelle (‘Afrit’, 2005) talrijke beschouwingen over beeldende kunst waarmee hij een grote affiniteit heeft. http://www.fransbude.nl/ en http://fransbude.blogspot.nl/
|
Beste Frans Budé, As daar iets soos toeval bestaan, is u naam hier op versindaba ‘n sprekende voorbeeld daarvan! Ons deel ‘n wonderlike kunstenaarsvriend. Piet Berghs se beeldhouwerk is abstrak en poëties. Ek het die voorreg gehad om sy oeuvre van veertig jaar in BEELDEN te beskryf.
http://www.beeldenmagazine.nl/piet-berghs
Ek lees u tweedelige gedig “Schelpenwoud” in die kunsboek BEELDHOUWER. Sal ek dit hier kan plaas?